Is de westerse wereld geseculariseerd?

Is de westerse wereld geseculariseerd?

4 juni 2020 Uit Door Paul Th. Kok

leestijd: 4 minuten


Een boer die schuren vol graan bezat, had de gewoonte dagelijks in zijn gebed God te vragen om de armen te helpen. Maar telkens als er arme mensen hem om hulp vroegen, zei hij dat hij niets had om weg te geven.

            Op zekere dag hoorde zijn zoon hem weer hetzelfde bidden. Na het gebed zei hij:

            “Vader ik wou dat ik uw graan had.”

            “En wat wilde je daarmee doen?”

            “Dan zou ik een antwoord geven op uw gebed: ik zou het verhoren.”

De boer meende niet wat hij bad, met andere woorden: het door hem beleden geloof betekende in de praktijk niets voor hem.


Secularisatie?

Meestal gaat men er van uit dat de rol van het geloof in de Westerse wereld de laatste eeuwen sterk is verminderd. Steeds minder mensen gaan naar de kerk en de invloed van de Bijbelse leer in het dagelijkse leven is sterk afgenomen. Algemeen is de mening dat in de 19een 20e eeuw die secularisatie sterk heeft doorgezet. Je zou kunnen zeggen dat er volgens deze visie een soort van ‘gouden eeuw van het geloof’ geweest. Maar is die ‘gouden eeuw van het geloof’ er werkelijk geweest en is sindsdien onze westerse wereld geseculariseerd?


Vechten voor het geloof?

Laten we een korte blik werpen op de ontwikkeling van de kerk in de afgelopen eeuwen. Het is te begrijpen dat de Hervormers in de 16e en 17e eeuw zich als oprichters van een nieuwe kerk veel bezighielden met de formulering van waar zij nu precies in geloofden. Al was het alleen maar om zich af te zetten tegen de katholieke moederkerk.

Dit stuk zit ik te schrijven in een restaurant tegenover de Groninger Martinikerk. In het begin van de 17e eeuw was dit restaurant de pastorie van de predikant Gomarus. Met zijn collega Arminius voerde hij een heftige discussie over de zgn. predestinatieleer. Simpel gezegd betrof dit meningsverschil de vraag of de mens invloed had op zijn ‘uitverkiezing’, of de mens iets kon doen teneinde in de hemel te komen. Gomarus vond van niet, Arminius vond dat de mens ook een eigen verantwoordelijkheid had. Dit was niet alleen een (wat merkwaardige) woordenstrijd. Ook letterlijk vloog men elkaar in de haren en vielen er doden bij de straatgevechten tussen voor- en tegenstanders van beide predikanten. Gomarus won. Die felle betrokkenheid bij geloofszaken kom je in de moderne westerse wereld niet meer tegen. In dat opzicht lijkt er inderdaad sprake te zijn van secularisatie.


De Mammon aan de macht

Maar waarom werd alle energie in dit soort zaken gestoken en vergat men de naastenliefde in praktijk te brengen? Immers, niet alleen in de samenleving als geheel, ook binnen de kerk van Gomarus hadden de rijken vanaf het begin de macht in handen. Zij benoemden de predikanten en zij bezetten de beste plaatsen in de kerk. De zgn. herenbanken in veel oude kerken herinneren daar nog aan. Nu is dat cultureel erfgoed, maar in wezen zijn het uitingen van de macht van de Mammon, de afgod van het geld.


Herenbanken in de Groninger Martinikerk: rechts de bank voor de stadsbestuurders, links die voor de bestuurders van de Ommelanden, die in de winter hun huis in de stad bewoonden.

Het waren de rijken die bepaalden of armen ondersteuning van de diaconie ontvingen en onder welke voorwaarden ze die kregen. Van een samenleving als de eerste christengemeente in Jeruzalem was geen enkele sprake.

Degenen die zeiden in God te geloven, hadden er een geloof van gemaakt dat mensen onderdrukte en dat de rijken en machtigen niet tot de orde riep. Het leidde ook nog eens tot een enorme schijnheiligheid: terwijl men de mond vol had van vrome woorden, streefde men zijn eigen geldelijk belang na. Jezus predikte dat je niet twee heren kon dienen: God en de Mammon. Als de  kerk de Mammon dient, is er dus geen sprake van een echt geloof.


Slot

Al in de oudheid sloot de katholieke kerk zich aan bij de heersende, seculiere cultuur van aanzien en rijkdom. Ook de protestantse kerken waren van meet af aan geseculariseerd. Die secularisatie zat ingebakken in de kerk, maakte daar een wezenlijk onderdeel van uit en is dus geen uitvinding van latere eeuwen.

Sinds de Tweede Wereldoorlog zijn de christelijke kerken sterk van karakter veranderd. Ook al is het aantal kerkleden sterk gedaald, de herenbanken zijn nu voor iedereen toegankelijk. Het verdwijnen van de schijnheiligheid is geen secularisatie, maar een zuivering van het geloof.